Middelbaar Onderwijs


Voor leerlingen van het middelbaar onderwijs biedt MIRA een interactief programma aan van twee uur.

 

Uit onderstaand overzicht van wat er allemaal op het programma kan staan, wordt een keuze gemaakt op basis van de onderwerpen die door de leerkrachten worden aangevraagd, ofwel door de gidsen van MIRA op basis van hun jarenlange ervaring met het rondleiden van schoolgroepen.

 

Armillairsfeer

 


Op het programma: eerste graad


Aansluitend bij de onderdelen 'Exacte wetenschappen, wiskunde en technologie' en 'Ruimtelijk bewustzijn' in de leerplannen van de eerste graad van het middelbaar onderwijs kan je met de leerlingen

 

  • een bezoek brengen aan het weerstation, waarbij de leerkrachten zelf uitleg geven bij de aanwezige meteorologische instrumenten op MIRA, dit in aanvulling bij een korte multimediavoorstelling i.v.m. weer en klimaat;
  • een bezoek brengen aan de sterrenwacht, waarbij de educatieve medewerkers van MIRA de leerlingen meenemen op een avontuurlijke reis doorheen de wondere wereld van sterren en planeten;
  • een bezoek brengen aan het weerstation en de sterrenwacht.

 

Weerstation

 

Wat het weerstation betreft geeft de multimediavoorstelling een overzicht van hoe meteorologen het weer voorspellen, welke elementen belangrijk zijn in dit verband en wat het verband is tussen weer en klimaat.

Daarna kunnen de leerlingen kennis maken met de verschillende instrumenten die op ons weerterras staan om de temperatuur, de vochtigheid, de beweging en de druk van de lucht te meten, alsook de neerslag. Belangrijk is dat de leerlingen inzicht krijgen in het feit dat de energie van de Zon de drijfveer is die de aardatmosfeer verwarmt en zo een globaal systeem in werking zet.

Meer info over het weerstation vind je op deze pagina van de MIRA-website. Hier kan je ook het begeleidend digitale handboekje downloaden.

 

Sterrenwacht

 

Multimediazaal: De sterrenhemel en het zonnestelsel verkennen

 

Aan het begin van het bezoek maken we met behulp van onze reusachtige sterrenkaart kennis met de sterrenhemel. De leerlingen krijgen zicht op een aantal bekende sterrenbeelden zoals de Grote en de Kleine Beer, Orion, Cassiopeia, enzovoort. We leggen uit wat er speciaal is aan de Poolster, wat we ons bij de Melkweg moeten voorstellen en hoe de avondlijke sterrenhemel eruit ziet in de periode dat de groep op bezoek komt, met ook aandacht voor de heldere planeten die met het blote oog te zien zijn.

 

Tijdens een boeiende multimediavoorstelling situeren we onze plaats in het heelal. De objecten uit het zonnestelsel passeren de revue: we maken kennis met de Zon, de Maan en de planeten, en we bekijken hoe de Aarde zich in dat zonnestelsel gedraagt: de dagelijkse draaiing rond onze as en de jaarlijkse beweging rond de Zon. Zo wordt meteen ook duidelijk waarom er dag en nacht is en hoe de seizoenen ontstaan. We situeren de Aarde in het zonnestelsel en vooral ook ten opzichte van Zon en Maan, illustreren hoe de Maan in verschillende fasen te zien is, en tonen aan hoe eclipsen van Zon en Maan kunnen ontstaan.

 

We tonen een dynamisch zonnestelsel, waarbij alle objecten rond de Zon draaien. Om dit te verklaren doen we beroep op de zwaartekracht en schetsen de verhoudingen tussen de Zon en de planeten. Op basis hiervan stellen de leerlingen vast dat de Zon in vergelijking met de andere objecten in het zonnestelsel een gigantisch grote en zware gasbol is. Via een aantal spectaculaire filmpjes en live beelden van het internet bespreken we fenomenen die kenmerkend zijn voor de Zon: kernfusie, zonnevlekken, protuberansen, zonnevlammen en poollicht en kijken hoe de Zon haar energie tot bij ons krijgt door straling en convectie. We vergelijken de Zon met andere sterren en situeren die in grote verzamelingen sterren, hetgeen we sterrenstelsels noemen.

 

Daarbij maken we graag ook kennis met het grote buurstelsel van onze eigen melkwegstelsel: de Andromedanevel, die vanaf een donkere plaats gemakkelijk met het blote oog te zien is. En als we spreken over sterren, leggen we meteen ook uit hoe astronomen afstanden uitdrukken in lichtjaar.

 

Ten slotte kruipen we via een filmpje even aan boord van het internationale ruimtestation ISS en krijgen we onze planeet te zien van op een hoogte van zowat vierhonderd kilometer. Daarbij tonen we aan dat het onderzoek en de observatie van onze planeet vanuit de ruimte met allerlei ruimteschepen essentieel is om een goed zicht te hebben op de toestand van onze planeet.


 

Rondgang door de sterrenwacht

 

* Bewijzen dat de Aarde draait

De rondgang door de volkssterrenwacht start bij de slingerproef van Foucault, een experiment waarmee we kunnen bewijzen dat de Aarde rond haar as draait. Zo krijgen de leerlingen meteen zicht op het gegeven dat als wij de sterren, de Zon en de planeten zien opkomen in het oosten en zien ondergaan in het westen dat een rechtstreeks gevolg is van de draaiing van de Aarde.

 

* Experimenten en maquettes in verband met licht en straling

Via zelf te bedienen optische tafels wordt geïllustreerd hoe astronomen met behulp van lenzen en spiegels licht kunnen leiden en bestuderen. Een geigerteller laat ons onzichtbare straling horen. En MIRA beschikt over een radiosysteem waarmee op elk moment van de dag rechtstreeks meteoren (vallende sterren) te zien én te horen zijn. Een ideale opstelling om te spreken over zichtbaar en onzichtbaar licht (UV, infrarood, enzovoort).

 

* Onze plaats in het evoluerende heelal

Een meterslange kleurrijke afbeelding schetst de geschiedenis van het heelal, van de oerknal tot vandaag.

We situeren daarbij ook onze plaats in het heelal door te vertrekken van onze situatie in de buurt van de Zon tot aan de rand van het waarneembare universum.

Moeilijke materie: een grote zwarte maquette toont hoe grote massa’s de ruimte krommen. Wel een ideaal model om met behulp van rondcirkelende balletjes inzicht te krijgen in de planeetbanen rond de Zon.

Een speelgoed vrachtwagen vol sterren geeft een goed idee over de overvloed aan sterren in ons Melkwegstelsel. Meteen beseffen de leerlingen ook dat ons eigen zonnestelsel maar een bescheiden plaatsje inneemt in het grote geheel.

 

* Het zonnestelsel in beweging

In een kleine vitrinekast komen de leerlingen oog in oog te staan met een uniek stukje buitenaards materiaal: een heuse Marsmeteoriet. Aanraken mag helaas niet, maar de medewerkers van MIRA kunnen een paar boeiende verhalen vertellen over hoe  dit stukje Mars op Aarde is terecht gekomen en hoe we zeker kunnen zijn dat het wel echt van onze buurplaneet afkomstig is.

Met onze zwaartekrachtsweegschaal tonen we aan wat het verschil is tussen massa en gewicht. Op de Maan zou je met je zelfde massa liefst zes keer minder wegen, waarom dat zo is kunnen we bij deze opstelling heel duidelijk uitleggen.

De leerlingen kunnen door gebruik te maken van een hellend vlak balletjes met een verschillend gewicht naar beneden laten rollen. Ze leren wat de rol van de zwaartekracht juist is. Vlak bij deze opstelling staat een ander experiment waarbij we een vacuüm kunnen creëren. Fascinerend hierbij is om te zien dat objecten bij afwezigheid van wrijving steeds even snel naar beneden vallen.

Met een speelgoed bus maken we in gedachten een reisje naar de Zon, vraag is hoe lang we onderweg zouden zijn. Door hierbij stil te staan gaan we die afstand van 150 miljoen kilometer toch iets tastbaarder kunnen maken voor de kinderen. In de wereld van de astronomie en de natuurwetenschappen is een goed begrip van de verschillende grootteschalen van essentieel belang.

Zeker een must tijdens het bezoek aan MIRA is de fraaie muurschildering met daarop de belangrijkste objecten in het zonnestelsel. De leerlingen krijgen meteen zicht op de verschillen tussen de planeten onderling en zeker ook met de imposante Zon. Die bron van licht en warmte zorgt voor een zone waar het niet te warm en niet te koud is zodat daar leven kan ontstaan. En niet toevallig bevindt zich in die zone onze eigen planeet. We vergelijken kort even wat de essentiële verschillen zijn met onze buurplaneten Venus (dichter bij de Zon) en Mars (verder van de Zon). 

 

* Zon en Aarde: afstanden en seizoenen

Waarom zijn er seizoenen op Aarde? Een maquette toont duidelijk hoe door de schuine stand van de aardas de Zon bij ons op het noordelijk halfrond in de zomer hoog aan de hemel klimt en in de winter niet.

Een grote draaiende aardbol met bijhorende Maan op schaal geeft een idee van de onderlinge afstand tussen beide hemellichamen. Dergelijke maquettes maken het mogelijk om de onbegrijpelijk grote astronomische afstanden toch concreet te maken.

 

* Het belang van de ruimtevaart

Ons land staat aan de top als het gaat om ruimtevaarttechnologie. Wij behoren tot de kernlanden binnen de Europese ruimtevaartorganisatie ESA en werken mee aan het internationale ruimtestation ISS. De grote maquette van het ISS die met bijhorend beeldscherm in realtime toont waar het ruimtestation zich bevindt, geeft de leerlingen een concreet beeld van ruimtevaartprojecten.

We gebruiken een model op ware grootte van de Belgische satelliet PROBA-2 om het belang van ruimtevaart te illustreren voor het wetenschappelijk onderzoek van het zonnestelsel én onze eigen planeet. Aardobservatie is immers onontbeerlijk om een goed zicht te hebben op de toestand van de atmosfeer, de vegetatie en golfstromen op Aarde, enzovoort. PROBA-2 is een mooi voorbeeld van toptechnologie van eigen bodem en van het belang van wetenschap en techniek voor onze hedendaagse maatschappij.

 

* De werking van de Zon

In onze planetariumzaal projecteren we overdag en bij helder weer een groot beeld van de schijf van de Zon. Daarmee is het mogelijk om heel gedetailleerd zonnevlekken waar te nemen. De heliostaat die we daartoe gebruiken kan ook voorzien worden van een spectroscoop, zo kunnen we het witte licht tonen als de kleuren van de regenboog: van rood tot violet. In dat spectrum van het zonlicht zijn donkere lijnen te zien, die wijzen op de aanwezigheid van welbepaalde elementen in de Zon, zoals waterstof, helium, natrium, enzovoort.

Aansluitend hierbij beschikt MIRA over een grote maquette die het inwendige van de Zon toont, een ideaal instrument om aan de leerlingen uit te leggen hoe de Zon nu precies in elkaar zit. Onweerstaanbaar voor alle kinderen is een glazen plasmabol die in diezelfde zaal opgesteld staat. Het oplichtende plasma creëert net zoals bij de Zon en alle andere sterren een elektromagnetisch veld dat wij kunnen zichtbaar maken met een fluorescentielamp. In dit verband spreken we over de verschillende toestanden van materie (vast, vloeibaar, gasvormig en plasma) en wijzen op de verschillen, en hebben we het over het transport van licht en warmte (energie) vanuit het centrum van de Zon via straling en convectie tot aan de fotosfeer die wij vanop Aarde zien als die gloeiend hete bol gas.

 

* Planeten bij andere sterren en de zoektocht naar buitenaards leven

Sinds 1995 weten we het zeker: er draaien ook planeten rond andere sterren. In onze tentoonstelling maken de leerlingen kennis met een aantal inventieve methodes om dergelijke exoplaneten te detecteren. Er staan drie maquettes opgesteld die tonen hoe dat in zijn werk gaat.

In dit verband kunnen we ons zeker de vraag stellen in hoeverre er op die planeten eventueel ook leven zou kunnen voorkomen. Een fraai paneel schetst de evolutie van 4,6 miljard jaar geschiedenis van onze planeet: van een vurige magmaplaneet naar de ‘rustige’ Aarde die wij vandaag kennen. Er wordt getoond hoe de aardatmosfeer in de loop van de miljarden jaren veranderde van samenstelling. Nauw hiermee hangt ook het ontstaan en de evolutie van de verschillende levensvormen op Aarde samen.

De tentoonstelling stelt verder de vraag hoe uniek het leven op Aarde is in het universum, hoe we buitenaards leven eventueel kunnen detecteren en hoe we zouden kunnen communiceren met intelligente levensvormen elders.

Nog een blikvanger in deze zaal is een microscoop. Met behulp hiervan zien we bijzondere levensvormen in actie: ofwel waterbeertjes op zoek naar voedsel, ofwel Spirulina-bacteriën die zuurstof produceren. Een spectaculair voorbeeld van fotosynthese in actie.


 

Rondleiding secundair onderwijs

 

 

Bezoek aan het waarnemingsterras: Oriëntatie aan de hemel en zelf door de telescoop kijken

 

Eén van de hoogtepunten bij een bezoek aan Volkssterrenwacht MIRA is ongetwijfeld de kennismaking met het ruime waarnemingsterras.

Blikvanger is een grote armillairsfeer, een constructie opgebouwd uit metalen latten die staan voor de belangrijkste cirkels aan de hemelsfeer: de meridiaan, de hemelevenaar, de horizon, enzovoort. Met behulp van dit enorme instrument leren de leerlingen zich vanuit een centrale positie oriënteren aan de sterrenhemel. Ook de vier windstreken zijn hierbij essentiële en duidelijke merkpunten.

De heliostaat laat zien hoe we de beweging van de Zon aan de hemel kunnen volgen en ook hoe we zonlicht via twee spiegels en een lens kunnen sturen richting verduisterde planetariumzaal waar de zonnewaarneming plaatsvindt.

In de westelijke hoek van het terras maken de leerlingen kennis met twee antennes die radiogolven opvangen. Met die installatie kunnen we meteoren waarnemen, dag en nacht en ook onafhankelijk van het weer.

Maar natuurlijk zijn de belangrijkste constructies op het waarnemingsterras de twee grote telescoopkoepels. Daarin staan verschillende soorten telescopen opgesteld: kijkers met lenzen en met spiegels.

In de Frank Deboosere-koepel komen de leerlingen vast onder de indruk van de imposante draaiende koepel en de computergestuurde telescoopopstelling, die zonder feilen alle objecten aan de sterrenhemel weet te vinden. Onze vijftig centimeter telescoop staat in de koepel te pronken, de grootste kijker op MIRA.

De andere koepel is vernoemd naar de stichter van onze volkssterrenwacht, pater Pieraerts. Daarin bevinden zich twee uitstekende sterrenkijkers. Maar in deze koepel is het vooral de krachtige protuberansenkijker die de show steelt: bij zonnewaarnemingen vallen met behulp van dit instrument tienduizenden kilometers hoge gasslierten aan de rand van de zonneschijf te bewonderen.

Bij helder weer doen we gegarandeerd samen een aantal waarnemingen, waarbij alle leerlingen door de telescoop kunnen kijken. Overdag staat de Zon op het programma, eens het voldoende donker is kunnen we de Maan, de planeten en sterren waarnemen, uiteraard afhankelijk van het weer en wat er op dat welbepaalde moment boven de horizon staat.

Dit luik van het bezoek leent zich uitermate om te spreken over het belang van geschikte instrumenten, in casu telescopen, in het kader van de vooruitgang van de wetenschap. We schetsen hoe de eenvoudige lenzenkijker van Galilei evolueerde tot reusachtige telescopen op Aarde en in de ruimte.

 


Op het programma: tweede graad

 

Aansluitend bij de onderdelen 'Aardrijkskunde', 'Natuurwetenschappen' en 'Natuurwetenschappen en maatschappij' in de leerplannen van de tweede graad van het middelbaar onderwijs kan je met de leerlingen een bezoek brengen aan de sterrenwacht, waarbij de educatieve medewerkers van MIRA de leerlingen meenemen op een avontuurlijke reis doorheen de wondere wereld van sterren en planeten.

 

Multimediazaal: De sterrenhemel en het zonnestelsel verkennen

 

Aan het begin van het bezoek maken we met behulp van onze reusachtige sterrenkaart kennis met de sterrenhemel. De leerlingen krijgen zicht op een aantal bekende sterrenbeelden zoals de Grote en de Kleine Beer, Orion, Cassiopeia, enzovoort. We leggen uit wat er speciaal is aan de Poolster, wat we ons bij de Melkweg moeten voorstellen en hoe de avondlijke sterrenhemel eruit ziet in de periode dat de groep op bezoek komt, met ook aandacht voor de heldere planeten die met het blote oog te zien zijn.

 

Tijdens een boeiende multimediavoorstelling situeren we onze plaats in het heelal. De objecten uit het zonnestelsel passeren de revue: we maken kennis met de Zon, de Maan en de planeten, en we bekijken hoe de Aarde zich in dat zonnestelsel gedraagt: de dagelijkse draaiing rond onze as en de jaarlijkse beweging rond de Zon. Zo wordt meteen ook duidelijk waarom er dag en nacht is en hoe de seizoenen ontstaan. We situeren de Aarde in het zonnestelsel en vooral ook ten opzichte van Zon en Maan, illustreren hoe de Maan in verschillende fasen te zien is, en tonen aan hoe eclipsen van Zon en Maan kunnen ontstaan. Ook de twee uitgestrekte gordels met planetoïden in het zonnestelsel krijgen de nodige aandacht en we hebben het ook over kometen. We maken kennis met die kleinere verscheiden objecten en gaan na wat hun impact kan zijn voor de grotere objecten: de planeten.

 

We tonen een dynamisch zonnestelsel, waarbij alle objecten rond de Zon draaien. Om dit te verklaren doen we beroep op de zwaartekracht en schetsen de verhoudingen tussen de Zon en de planeten. Op basis hiervan stellen de leerlingen vast dat de Zon in vergelijking met de andere objecten in het zonnestelsel een gigantisch grote en zware gasbol is. Via een aantal spectaculaire filmpjes en live beelden van het internet bespreken we fenomenen die kenmerkend zijn voor de werking van de Zon: kernfusie, zonnevlekken, protuberansen, zonnevlammen en poollicht, en we gaan na hoe de Zon haar energie tot bij ons krijgt door middel van straling en convectie. We vergelijken de Zon met andere sterren, en stellen vast dat ook die andere sterren dezelfde werkingsprincipes hebben als de Zon. We situeren vervolgens die sterren in grote verzamelingen, hetgeen we sterrenstelsels noemen.

 

Daarbij maken we graag ook kennis met het grote buurstelsel van onze eigen melkwegstelsel: de Andromedanevel, die vanaf een donkere plaats gemakkelijk met het blote te zien is. En als we spreken over sterren, leggen we meteen ook uit hoe astronomen afstanden uitdrukken in lichtjaar. In deze context hebben we het ook over afstanden in het heelal en hoe we die kunnen achterhalen.

 

Nu is het tijd om het heelal te bekijken in zijn globaliteit: van de allerkleinste structuren zoals neutrino’s en quarks tot superclusters van sterrenstelsels en de kosmische achtergrondstraling aan de rand van het waarneembare heelal.  

 

Ten slotte kruipen we via een filmpje even aan boord van het internationale ruimtestation ISS en krijgen we onze planeet te zien van op een hoogte van zowat vierhonderd kilometer. Daarbij tonen we aan dat het onderzoek en de observatie van onze planeet vanuit de ruimte met allerlei ruimteschepen essentieel is om een goed zicht te hebben op de toestand van onze planeet.

 

Sterrenkaart

 

 

Rondgang door de sterrenwacht

 

* Bewijzen dat de Aarde draait

De rondgang door de volkssterrenwacht start bij de slingerproef van Foucault, een experiment waarmee we kunnen bewijzen dat de Aarde rond haar as draait. Zo krijgen de leerlingen meteen zicht op het gegeven dat als wij de sterren, de Zon en de planeten zien opkomen in het oosten en zien ondergaan in het westen dat een rechtstreeks gevolg is van de draaiing van de Aarde.

 

* Experimenten en maquettes in verband met licht en straling

Zelf te bedienen optische tafels tonen de invloed van holle en bolle lenzen en spiegels op het licht en illustreren zo hoe telescopen werken. Ook kan gesimuleerd worden hoe het menselijk oog werkt, en er wordt getoond hoe verziendheid en bijziendheid ontstaat.

Een geigerteller laat ons onzichtbare straling horen. En MIRA beschikt over een radiosysteem waarmee op elk moment van de dag rechtstreeks meteoren (vallende sterren) te zien én te horen zijn. Een ideale opstelling om te spreken over zichtbaar en onzichtbaar licht (het hele elektromagnetische spectrum).

 

* Onze plaats in het evoluerende heelal

Een meterslange kleurrijke afbeelding schetst de geschiedenis van het heelal, van de oerknal tot vandaag.

We situeren daarbij ook onze plaats in het heelal door te vertrekken van onze situatie in de buurt van de Zon tot aan de rand van het waarneembare universum. In deze context zullen de leerlingen ook inzien dat de Aarde met 4,6 miljard jaar naar onze normen heel oud is, maar dat dit in het licht van de 13,7 miljard jaar sinds de oerknal toch maar een bescheiden leeftijd is.

Moeilijke materie: een grote zwarte maquette toont hoe grote massa’s de ruimte krommen. Wel een ideaal model om met behulp van rondcirkelende balletjes inzicht te krijgen in de planeetbanen rond de Zon.

Een speelgoed vrachtwagen vol sterren geeft een goed idee over de overvloed aan sterren in ons Melkwegstelsel. Meteen beseffen de leerlingen ook dat ons eigen zonnestelsel maar een bescheiden plaatsje inneemt in het grote geheel.

De leerlingen kunnen in een doorkijkkast ook een blik werpen op het sterrenbeeld Grote Beer. Vanaf de Aarde gezien lijkt dat een mooi steelpannetje, maar in werkelijkheid horen die sterren niet samen. Vanaf een andere plek in ons sterrenstelsel zou dit sterrenbeeld er helemaal anders uitzien. En door de beweging van al die afzonderlijke sterren rond het centrum van ons sterrenstelsel zal die steelpan er binnen tienduizenden tot miljoenen jaren helemaal anders uitzien. We evolueren zo van een tweedimensionaal naar een driedimensionaal beeld van de sterrenhemel.

 

* Het zonnestelsel in beweging

In een kleine vitrinekast komen de leerlingen oog in oog te staan met een uniek stukje buitenaards materiaal: een heuse Marsmeteoriet. Aanraken mag helaas niet, maar de medewerkers van MIRA kunnen een paar boeiende verhalen vertellen over hoe dit stukje Mars op Aarde is terecht gekomen en hoe we zeker kunnen zijn dat het wel echt van onze buurplaneet afkomstig is.

Met onze zwaartekrachtsweegschaal tonen we aan wat het verschil is tussen massa en gewicht. Op de Maan zou je met je zelfde massa liefst zes keer minder wegen, waarom dat zo is kunnen we bij deze opstelling heel duidelijk uitleggen.

De leerlingen kunnen via een hellend vlak balletjes met een verschillend gewicht naar beneden laten rollen. Ze leren wat de rol van de zwaartekracht juist is. Vlak bij deze opstelling staat een ander experiment waarbij we een vacuüm kunnen creëren. Fascinerend hierbij is om te zien dat objecten bij afwezigheid van wrijving steeds even snel naar beneden vallen.

Met een speelgoed bus maken we in gedachten een reisje naar de Zon, vraag is hoe lang we onderweg zouden zijn. Door hierbij stil te staan gaan we die afstand van 150 miljoen kilometer toch iets tastbaarder kunnen maken voor de kinderen. In de wereld van de astronomie en de natuurwetenschappen is een goed begrip van de verschillende grootteschalen van essentieel belang.

Zeker een must tijdens het bezoek aan MIRA is een fraaie muurschildering met daarop de belangrijkste objecten in het zonnestelsel. De leerlingen krijgen meteen zicht op de verschillen tussen de planeten onderling en zeker ook met de imposante Zon. Die bron van licht en warmte zorgt voor een zone waar het niet te warm en niet te koud is zodat daar leven kan ontstaan. En niet toevallig bevindt zich in die zone onze eigen planeet. We vergelijken kort even wat de essentiële verschillen zijn met onze buurplaneten Venus (dichter bij de Zon) en Mars (verder van de Zon).

 

* Zon en Aarde: afstanden en seizoenen

Waarom zijn er seizoenen op Aarde? Een maquette toont duidelijk hoe door de schuine stand van de aardas de Zon bij ons op het noordelijk halfrond in de zomer hoog aan de hemel klimt en in de winter niet.

Een grote draaiende aardbol met bijhorende Maan op schaal geeft een idee van de onderlinge afstand tussen beide hemellichamen. Dergelijke maquettes maken het mogelijk om de onbegrijpelijk grote astronomische afstanden toch concreet te maken.

 

* Het belang van de ruimtevaart

Ons land staat aan de top als het gaat om ruimtevaarttechnologie. Wij behoren tot de kernlanden binnen de Europese ruimtevaartorganisatie ESA en werken mee aan het internationale ruimtestation ISS. De grote maquette van het ISS die met bijhorend beeldscherm in realtime toont waar het ruimtestation zich bevindt, geeft de leerlingen een concreet beeld van ruimtevaartprojecten.

We gebruiken een model op ware grootte van de Belgische satelliet PROBA-2 om het belang van ruimtevaart te illustreren voor het wetenschappelijk onderzoek van het zonnestelsel én onze eigen planeet. Aardobservatie is immers onontbeerlijk om een goed zicht te hebben op de toestand van de atmosfeer, de vegetatie en golfstromen op Aarde, enzovoort. PROBA-2 is een mooi voorbeeld van toptechnologie van eigen bodem en van het belang van wetenschap en techniek voor onze hedendaagse maatschappij.

 

* De werking van de Zon

In onze planetariumzaal projecteren we overdag en bij helder weer een groot beeld van de schijf van de Zon. Daarmee is het mogelijk om heel gedetailleerd zonnevlekken waar te nemen. De heliostaat die we daartoe gebruiken kan ook voorzien worden van een spectroscoop, zo kunnen we het witte licht tonen als de kleuren van de regenboog: van rood tot violet. In dat spectrum van het zonlicht zijn donkere lijnen te zien, die wijzen op de aanwezigheid van welbepaalde elementen in de Zon, zoals waterstof, helium, natrium, enzovoort.

Aansluitend hierbij beschikt MIRA over een grote maquette die het inwendige van de Zon toont, een ideaal instrument om aan de leerlingen uit te leggen hoe de Zon nu precies in elkaar zit. Onweerstaanbaar voor alle kinderen is een glazen plasmabol die in diezelfde zaal opgesteld staat. Het oplichtende plasma creëert net zoals bij de Zon en alle andere sterren een elektromagnetisch veld dat wij kunnen zichtbaar maken met een fluorescentielamp. In dit verband spreken we over de verschillende toestanden van materie (vast, vloeibaar, gasvormig en plasma) en wijzen op de verschillen, en hebben we het over het transport van licht en warmte (energie) vanuit het centrum van de Zon via straling en convectie tot aan de fotosfeer die wij vanop Aarde zien als die gloeiend hete bol gas.

 

* Planeten bij andere sterren en de zoektocht naar buitenaards leven

Sinds 1995 weten we het zeker: er draaien ook planeten rond andere sterren. In onze tentoonstelling maken de leerlingen kennis met een aantal inventieve methodes om dergelijke exoplaneten te detecteren. Er staan drie maquettes opgesteld die tonen hoe dat in zijn werk gaat.

In dit verband kunnen we ons zeker de vraag stellen in hoeverre er op die planeten eventueel ook leven zou kunnen voorkomen. Een fraai paneel schetst de evolutie van 4,6 miljard jaar geschiedenis van onze planeet: van een vurige magmaplaneet naar de ‘rustige’ Aarde die wij vandaag kennen. Er wordt getoond hoe de aardatmosfeer in de loop van de miljarden jaren veranderde van samenstelling. Nauw hiermee hangt ook het ontstaan en de evolutie van de verschillende levensvormen op Aarde samen.

De tentoonstelling stelt verder de vraag hoe uniek het leven op Aarde is in het universum, hoe we buitenaards leven eventueel kunnen detecteren en hoe we zouden kunnen communiceren met intelligente levensvormen elders.

Nog een blikvanger in deze zaal is een microscoop. Met behulp hiervan zien we bijzondere levensvormen in actie: ofwel waterbeertjes op zoek naar voedsel, ofwel Spirulina-bacteriën die zuurstof produceren. Een spectaculair voorbeeld van fotosynthese in actie.

 

Mira

 

 

Bezoek aan het waarnemingsterras: Oriëntatie aan de hemel en zelf door de telescoop kijken

 

Eén van de hoogtepunten bij een bezoek aan Volkssterrenwacht MIRA is ongetwijfeld de kennismaking met het ruime waarnemingsterras.

Blikvanger is een grote armillairsfeer, een constructie opgebouwd uit metalen latten die staan voor de belangrijkste cirkels aan de hemelsfeer: de meridiaan, de hemelevenaar, de horizon, enzovoort. Met behulp van dit enorme instrument leren de leerlingen zich vanuit een centrale positie oriënteren aan de sterrenhemel. Ook de vier windstreken zijn hierbij essentiële en duidelijke merkpunten.

De heliostaat laat zien hoe we de beweging van de Zon aan de hemel kunnen volgen en ook hoe we zonlicht via twee spiegels en een lens kunnen sturen richting verduisterde planetariumzaal waar de zonnewaarneming plaatsvindt.

In de westelijke hoek van het terras maken de leerlingen kennis met twee antennes die radiogolven opvangen. Met die installatie kunnen we meteoren waarnemen, dag en nacht en ook onafhankelijk van het weer.

Maar natuurlijk zijn de belangrijkste constructies op het waarnemingsterras de twee grote telescoopkoepels. Daarin staan verschillende soorten telescopen opgesteld: kijkers met lenzen en met spiegels.

In de Frank Deboosere-koepel komen de leerlingen vast onder de indruk van de imposante draaiende koepel en de computergestuurde telescoopopstelling, die zonder feilen alle objecten aan de sterrenhemel weet te vinden. Onze vijftig centimeter telescoop staat in de koepel te pronken, de grootste kijker op MIRA.

De andere koepel is vernoemd naar de stichter van onze volkssterrenwacht, pater Pieraerts. Daarin bevinden zich twee uitstekende sterrenkijkers. Maar in deze koepel is het vooral de krachtige protuberansenkijker die de show steelt: bij zonnewaarnemingen vallen met behulp van dit instrument tienduizenden kilometers hoge gasslierten aan de rand van de zonneschijf te bewonderen.

Bij helder weer doen we gegarandeerd samen een aantal waarnemingen, waarbij alle leerlingen door de telescoop kunnen kijken. Overdag staat de Zon op het programma, eens het voldoende donker is kunnen we de Maan, de planeten en sterren waarnemen, uiteraard afhankelijk van het weer en wat er op dat welbepaalde moment boven de horizon staat.

Dit luik van het bezoek leent zich uitermate om te spreken over het belang van geschikte instrumenten, in casu telescopen, in het kader van de vooruitgang van de wetenschap. We schetsen hoe de eenvoudige lenzenkijker van Galilei evolueerde tot reusachtige telescopen op Aarde en in de ruimte.


Op het programma: derde graad

 

Aansluitend bij de onderdelen 'Aardrijkskunde' en 'Natuurwetenschappen' in de leerplannen van de derde graad van het middelbaar onderwijs kan je met de leerlingen een bezoek brengen aan de sterrenwacht, waarbij de educatieve medewerkers van MIRA de leerlingen meenemen op een avontuurlijke reis doorheen de wondere wereld van sterren en planeten.

De rondleiding is interactief in die zin dat de leerlingen zelf in grote mate aan bod komen via vragen, via het uitvoeren van bepaalde proeven en experimenten en door het zelf verrichten van waarnemingen, en is vakoverschrijdend in die zin dat ook wiskundige inzichten, vragen uit de biologie, principes uit de scheikunde en krachtlijnen uit de (cultuur)geschiedenis ruimschoots aan bod komen, naast de voor de hand liggende onderwerpen op gebied van natuurkunde en aardrijkskunde.

 

Multimediazaal: De sterrenhemel en het zonnestelsel verkennen

 

Aan het begin van het bezoek maken we met behulp van onze reusachtige sterrenkaart kennis met de sterrenhemel. De leerlingen krijgen zicht op een aantal bekende sterrenbeelden zoals de Grote en de Kleine Beer, Orion, Cassiopeia, enzovoort. We leggen uit wat er speciaal is aan de Poolster, wat we ons bij de Melkweg moeten voorstellen en hoe de avondlijke sterrenhemel eruit ziet in de periode dat de groep op bezoek komt, met ook aandacht voor de heldere planeten die met het blote oog te zien zijn.

 

Tijdens een boeiende multimediavoorstelling situeren we onze plaats in het heelal. De objecten uit het zonnestelsel passeren de revue: we maken kennis met de Zon, de Maan en de planeten, en we bekijken hoe de Aarde zich in dat zonnestelsel gedraagt: de dagelijkse draaiing rond onze as en de jaarlijkse beweging rond de Zon. Zo wordt meteen ook duidelijk waarom er dag en nacht is en hoe de seizoenen ontstaan. We situeren de Aarde in het zonnestelsel en vooral ook ten opzichte van Zon en Maan, illustreren hoe de Maan in verschillende fasen te zien is, en tonen aan hoe eclipsen van Zon en Maan kunnen ontstaan. Ook de twee uitgestrekte gordels met planetoïden in het zonnestelsel krijgen de nodige aandacht en we hebben het ook over kometen. We maken kennis met die kleinere verscheiden objecten en gaan na wat hun impact kan zijn voor de grotere objecten: de planeten.

 

We tonen een dynamisch zonnestelsel, waarbij alle objecten rond de Zon draaien. Om dit te verklaren doen we beroep op de zwaartekracht en schetsen de verhoudingen tussen de Zon en de planeten. Op basis hiervan stellen de leerlingen vast dat de Zon in vergelijking met de andere objecten in het zonnestelsel een gigantisch grote en zware gasbol is. Via een aantal spectaculaire filmpjes en live beelden van het internet bespreken we fenomenen die kenmerkend zijn voor de werking van de Zon: kernfusie, zonnevlekken, protuberansen, zonnevlammen en poollicht, en we gaan na hoe de Zon haar energie tot bij ons krijgt door middel van straling en convectie. Hierbij komt aan bod hoe de Zon via een gemiddeld elfjarige cyclus de heliosfeer domineert. De relatie Zon-Aarde wordt vanuit deze optiek belicht. We vergelijken de Zon met andere sterren, en stellen vast dat ook die andere sterren dezelfde werkingsprincipes hebben als de Zon. Een ideaal moment om het Hertzsprung-Russell diagram voor te stellen en de verschillende stadia van sterevolutie te bespreken: van gas- en stofwolk tot witte dwergen, neutronensterren en zwarte gaten.

 

We situeren vervolgens die sterren in grote verzamelingen, hetgeen we sterrenstelsels noemen. Daarbij maken we graag ook kennis met het grote buurstelsel van onze eigen melkwegstelsel: de Andromedanevel, die vanaf een donkere plaats gemakkelijk met het blote oog te zien is. En als we spreken over sterren, leggen we meteen ook uit hoe astronomen afstanden uitdrukken in lichtjaar. In deze context hebben we het ook over afstanden in het heelal en hoe we die kunnen achterhalen.

 

Nu is het tijd om het heelal te bekijken in zijn globaliteit: van de allerkleinste structuren zoals neutrino’s en quarks tot superclusters van sterrenstelsels en de kosmische achtergrondstraling aan de rand van het waarneembare heelal. Op die manier gaan de leerlingen besef krijgen van de verschillende grootteordes en van onze plaats in het grote geheel.

 

Ten slotte kruipen we via een filmpje even aan boord van het internationale ruimtestation ISS en krijgen we onze planeet te zien van op een hoogte van zowat vierhonderd kilometer. Daarbij tonen we aan dat het onderzoek en de observatie van onze planeet vanuit de ruimte met allerlei ruimteschepen essentieel is om een goed zicht te hebben op de toestand van onze planeet. En uiteraard bespreken we het belang van ruimtevaart voor de studie van het zonnestelsel en voor het observeren en bestuderen van de rest van het heelal.

 

Mira

 

Rondgang door de sterrenwacht

 

* Bewijzen dat de Aarde draait

De rondgang door de volkssterrenwacht start bij de slingerproef van Foucault, een experiment waarmee we kunnen bewijzen dat de Aarde rond haar as draait. Zo krijgen de leerlingen meteen zicht op het gegeven dat als wij de sterren, de Zon en de planeten zien opkomen in het oosten en zien ondergaan in het westen dat een rechtstreeks gevolg is van de draaiing van de Aarde. De rotatietijd van de Aarde komt hier aan bod, via een rollenspel met de leerlingen achterhalen we hierbij wat het verschil is tussen een zonnedag en een sterrendag.

 

* Experimenten en maquettes in verband met licht en straling

Zelf te bedienen optische tafels tonen de invloed van holle en bolle lenzen en spiegels op het licht en illustreren zo hoe telescopen werken. Ook kan gesimuleerd worden hoe het menselijk oog werkt, en er wordt getoond hoe verziendheid en bijziendheid ontstaat.

Een geigerteller laat ons onzichtbare kosmische straling horen. Hierbij hebben we het over alfa-, bèta- en gammastraling, over de gevaren van de verschillende soorten straling voor levende wezens en over de beschermende werking van de aardatmosfeer en vooral van het aardmagnetische veld. En MIRA beschikt over een radiosysteem waarmee op elk moment van de dag rechtstreeks meteoren (vallende sterren) te zien én te horen zijn. Een ideale opstelling om te spreken over zichtbaar en onzichtbaar licht (het hele elektromagnetische spectrum).

 

* Onze plaats in het evoluerende heelal

Een meterslange kleurrijke afbeelding schetst de geschiedenis van het heelal.

We situeren daarbij ook onze plaats in het heelal door te vertrekken van onze situatie in de buurt van de Zon tot aan de rand van het waarneembare universum. In deze context zullen de leerlingen ook inzien dat de Aarde met 4,6 miljard jaar naar onze normen heel oud is, maar dat dit in het licht van de 13,7 miljard jaar sinds de oerknal toch maar een bescheiden leeftijd is. We bespreken ook in het kort de evolutie van het heelal: van de oerknal (een Belgische 'uitvinding') tot het heelal van vandaag.

Een mooi overzicht van de ruimtelijke structuur van het heelal biedt een groot paneel waarop we steeds verder uitzoomen. We vertrekken bij de Zon en de Aarde en situeren deze context in een steeds groter wordend geheel tot we uiteindelijk aankomen bij grote clusters van sterrenstelsels, de ultieme bouwstenen in de kosmische ruimte-tijd die ons heelal is.

Moeilijke materie: een grote zwarte maquette toont hoe grote massa’s de ruimte krommen. Wel een ideaal model om met behulp van rondcirkelende balletjes inzicht te krijgen in de planeetbanen rond de Zon.

Een speelgoed vrachtwagen vol sterren geeft een goed idee over de overvloed aan sterren in ons Melkwegstelsel. Meteen beseffen de leerlingen ook dat ons eigen zonnestelsel maar een bescheiden plaatsje inneemt in het grote geheel.

De leerlingen kunnen in een doorkijkkast ook een blik werpen op het sterrenbeeld Grote Beer. Vanaf de Aarde gezien lijkt dat een mooi steelpannetje, maar in werkelijkheid horen die sterren niet samen. Vanaf een andere plek in ons sterrenstelsel zou dit sterrenbeeld er helemaal anders uitzien. En door de beweging van al die afzonderlijke sterren rond het centrum van ons sterrenstelsel zal die steelpan er binnen tienduizenden tot miljoenen jaren helemaal anders uitzien. We evolueren zo van een tweedimensionaal naar een driedimensionaal beeld van de sterrenhemel.

 

* Het zonnestelsel in beweging

In een kleine vitrinekast komen de leerlingen oog in oog te staan met een uniek stukje buitenaards materiaal: een heuse Marsmeteoriet. Aanraken mag helaas niet, maar de medewerkers van MIRA kunnen een paar boeiende verhalen vertellen over hoe  dit stukje Mars op Aarde is terecht gekomen en hoe we zeker kunnen zijn dat hij wel echt van onze buurplaneet afkomstig is.

Met onze zwaartekrachtsweegschaal tonen we aan wat het verschil is tussen massa en gewicht. Op de Maan zou je met je zelfde massa liefst zes keer minder wegen, waarom dat zo is kunnen we bij deze opstelling heel duidelijk uitleggen.

De leerlingen kunnen door gebruik te maken van een hellend vlak balletjes met een verschillend gewicht naar beneden laten rollen. Zo leren ze wat de rol van de zwaartekracht nu juist is. Vlak bij deze opstelling staat een ander experiment waarbij we een vacuüm kunnen creëren. Fascinerend hierbij is om te zien dat objecten bij afwezigheid van wrijving steeds even snel naar beneden vallen.

Bij deze twee experimenten staat ook nog een derde opstelling in verband met de klassieke mechanica: een metalen staafje met daarop twee verplaatsbare gewichtjes. Als we het staafje snel doen draaien, verschuiven de gewichtjes naar de buitenkant. Als we vervolgens de gewichtjes naar het midden verplaatsen, gaat het staafje sneller draaien. Dit is een illustratie van het behoud van impulsmoment. Aan de hand van dit experiment kunnen we het hebben over alle mogelijke draaibewegingen in het zonnestelsel, kunnen we uitleggen waarom pulsars zo snel draaien, enzovoort.

Met een speelgoed bus maken we in gedachten een reisje naar de Zon, vraag is hoe lang we onderweg zouden zijn. Door hierbij stil te staan gaan we die afstand van 150 miljoen kilometer toch iets tastbaarder kunnen maken voor de kinderen. In de wereld van de astronomie en de natuurwetenschappen is een goed begrip van de verschillende grootteschalen van essentieel belang.

Zeker een must tijdens het bezoek aan MIRA is de fraaie muurschildering met daarop de belangrijkste objecten in het zonnestelsel. De leerlingen krijgen meteen zicht op de verschillen tussen de planeten onderling en zeker ook met de imposante Zon. Die bron van licht en warmte zorgt voor een zone waar het niet te warm en niet te koud is zodat daar leven kan ontstaan. En niet toevallig bevindt zich in die zone onze eigen planeet. We vergelijken kort even wat de essentiële verschillen zijn met onze buurplaneten Venus (dichter bij de Zon) en Mars (verder van de Zon). 

 

Vacuumexperiment

 

 

* Zon en Aarde: afstanden en seizoenen

Waarom zijn er seizoenen op Aarde? Een maquette toont duidelijk hoe door de schuine stand van de aardas de Zon bij ons op het noordelijk halfrond in de zomer hoog aan de hemel klimt en in de winter niet.

Een grote draaiende aardbol met bijhorende Maan op schaal geeft een idee van de onderlinge afstand tussen beide hemellichamen. Dergelijke maquettes maken het mogelijk om de onbegrijpelijk grote astronomische afstanden toch concreet te maken.

 

* Het belang van de ruimtevaart

Ons land staat aan de top als het gaat om ruimtevaarttechnologie. Wij behoren tot de kernlanden binnen de Europese ruimtevaartorganisatie ESA en werken mee aan het internationale ruimtestation ISS. De grote maquette van het ISS die met bijhorend beeldscherm in realtime toont waar het ruimtestation zich bevindt, geeft de leerlingen een concreet beeld van ruimtevaartprojecten.

We gebruiken een model op ware grootte van de Belgische satelliet PROBA-2 om het belang van ruimtevaart te illustreren voor het wetenschappelijk onderzoek van het zonnestelsel én onze eigen planeet. Aardobservatie is immers onontbeerlijk om een goed zicht te hebben op de toestand van de atmosfeer, de vegetatie en golfstromen op Aarde, enzovoort. PROBA-2 is een mooi voorbeeld van toptechnologie van eigen bodem en van het belang van wetenschap en techniek voor onze hedendaagse maatschappij.

 

* De werking van de Zon

In onze planetariumzaal projecteren we overdag en bij helder weer een groot beeld van de schijf van de Zon. Daarmee is het mogelijk om heel gedetailleerd zonnevlekken waar te nemen. De heliostaat die we daartoe gebruiken kan ook voorzien worden van een spectroscoop, zo kunnen we het witte licht tonen als de kleuren van de regenboog: van rood tot violet. In dat spectrum van het zonlicht zijn donkere lijnen te zien, die wijzen op de aanwezigheid van welbepaalde elementen in de Zon, zoals waterstof, helium, natrium, enzovoort.

Aansluitend hierbij beschikt MIRA over een grote maquette die het inwendige van de Zon toont, een ideaal instrument om aan de leerlingen uit te leggen hoe de Zon nu precies in elkaar zit. Onweerstaanbaar voor alle kinderen is een glazen plasmabol die in diezelfde zaal opgesteld staat. Het oplichtende plasma creëert net zoals bij de Zon en alle andere sterren een elektromagnetisch veld dat wij kunnen zichtbaar maken met een fluorescentielamp. In dit verband spreken we over de verschillende toestanden van materie (vast, vloeibaar, gasvormig en plasma) en wijzen op de verschillen, en hebben we het over het transport van licht en warmte (energie) vanuit het centrum van de Zon via straling en convectie tot aan de fotosfeer die wij vanop Aarde zien als die gloeiend hete bol gas. Ook de onderwerpen kernfusie en kernsplijting, de productie van energie volgens de formule E = mc2 en het belang van een toestand van hydrostatisch evenwicht binnen de ster om haar te doen overleven komen in deze context aan bod.

 

* Planeten bij andere sterren en de zoektocht naar buitenaards leven

Sinds 1995 weten we het zeker: er draaien ook planeten rond andere sterren. In onze tentoonstelling maken de leerlingen kennis met een aantal inventieve methodes om dergelijke exoplaneten te detecteren. Er staan drie maquettes opgesteld die tonen hoe dat in zijn werk gaat.

In dit verband kunnen we ons zeker de vraag stellen in hoeverre er op die planeten eventueel ook buitenaards leven zou kunnen voorkomen. Een fraai paneel schetst de evolutie van 4,6 miljard jaar geschiedenis van onze planeet: van een vurige magmaplaneet naar de ‘rustige’ Aarde die wij vandaag kennen. Er wordt getoond hoe de aardatmosfeer in de loop van de miljarden jaren veranderde van samenstelling. Nauw hiermee samen hangt ook het ontstaan en de evolutie van de verschillende levensvormen op Aarde.

De tentoonstelling stelt verder de vraag hoe uniek het leven op Aarde is in het universum, hoe we buitenaards leven eventueel kunnen detecteren en hoe we zouden kunnen communiceren met intelligente levensvormen elders.

Nog een blikvanger in deze zaal is een microscoop. Met behulp hiervan zien we bijzondere levensvormen in actie: ofwel waterbeertjes op zoek naar voedsel, ofwel Spirulina-bacteriën die zuurstof produceren. Een spectaculair voorbeeld van fotosynthese in actie.

 

Zonnewaarneming

 

 

Bezoek aan het waarnemingsterras: Oriëntatie aan de hemel en zelf door de telescoop kijken

 

Eén van de hoogtepunten bij een bezoek aan Volkssterrenwacht MIRA is ongetwijfeld de kennismaking met het ruime waarnemingsterras.

Blikvanger is een grote armillairsfeer, een constructie opgebouwd uit metalen latten die staan voor de belangrijkste cirkels aan de hemelsfeer: de meridiaan, de hemelevenaar, de horizon, de ecliptica, enzovoort. Met behulp van dit enorme instrument leren de leerlingen zich vanuit een centrale positie oriënteren aan de sterrenhemel. Ook de vier windstreken zijn hierbij essentiële en duidelijke merkpunten. Plaatsbepaling via de hemelcoördinaten rechte klimming en declinatie wordt uitgelegd, en we tonen ook nog hoe we de vier seizoenen kunnen identificeren via dit instrument en welke unieke plaats de Poolster aan de sterrenhemel inneemt.

De heliostaat laat zien hoe we de beweging van de Zon aan de hemel kunnen volgen en ook hoe we zonlicht via twee spiegels en een lens kunnen sturen richting verduisterde planetariumzaal waar de zonnewaarneming plaatsvindt.

In de westelijke hoek van het terras maken de leerlingen kennis met twee antennes die radiogolven opvangen. Met die installatie kunnen we meteoren waarnemen, dag en nacht en ook onafhankelijk van het weer.

Maar natuurlijk zijn de belangrijkste constructies op het waarnemingsterras de twee grote telescoopkoepels. Daarin staan verschillende soorten telescopen opgesteld: kijkers met lenzen en met spiegels.

In de Frank Deboosere-koepel komen de leerlingen vast onder de indruk van de imposante draaiende koepel en de computergestuurde telescoopopstelling, die zonder feilen alle objecten aan de sterrenhemel weet te vinden. Onze vijftig centimer telescoop staat in de koepel te pronken, de grootste kijker op MIRA.

De andere koepel is vernoemd naar de stichter van onze volkssterrenwacht, pater Pieraerts. Daarin bevinden zich twee uitstekende sterrenkijkers. Maar in deze koepel is het vooral de krachtige protuberansenkijker die de show steelt: bij zonnewaarnemingen vallen met behulp van dit instrument tienduizenden kilometers hoge gasslierten aan de rand van de zonneschijf te bewonderen.

Bij helder weer doen we gegarandeerd samen een aantal waarnemingen, waarbij alle leerlingen door de telescoop kunnen kijken. Overdag staat de Zon op het programma, eens het voldoende donker is kunnen we de Maan, de planeten en sterren waarnemen, uiteraard afhankelijk van het weer en wat er op dat welbepaalde moment boven de horizon staat.

Dit luik van het bezoek leent zich uitermate om te spreken over het belang van geschikte instrumenten, in casu telescopen, in het kader van de vooruitgang van de wetenschap. We schetsen hoe de eenvoudige lenzenkijker van Galilei evolueerde tot reusachtige telescopen op Aarde en in de ruimte.

 

Sterrenkijken

 


Praktische info

Duurtijd bezoek sterrenwacht: 120 minuten

Duurtijd bezoek weerstation: +- 60 minuten, leerkracht begeleidt zelf en bepaalt dus ook de duurtijd

Prijs bezoek sterrenwacht: groepen tot 15 leerlingen: € 90,00 / groepen vanaf 16 leerlingen: € 6,00 per leerling / leerkrachten gratis

Prijs bezoek weerstation: groepen tot 20 leerlingen: € 30,00 / groepen vanaf 21 leerlingen: € 1,50 per leerling / leerkrachten gratis

Prijs bezoek sterrenwacht en weerstation: groepen tot 15 leerlingen: € 105,00 / groepen vanaf 16 leerlingen: € 7,00 per leerling / leerkrachten gratis

 

Data: maandag tot vrijdag in de voor- of namiddag (niet: voormiddag 2de en laatste vrijdag van de maand)

 

Een bezoek kan enkel na reservatie via telefoon (02 269 12 80) of mail (info@mira.be).

We hebben volgende gegevens nodig: naam en contactgegevens school + begeleidende leerkracht, leerjaar en aantal leerlingen.

Het is steeds mogelijk om voordien een afspraak te maken op MIRA om samen het bezoek voor te bereiden en te bespreken welke onderwerpen bij voorkeur aan bod dienen te komen.

Trouwens, met een geldige lerarenkaart kunnen mensen uit het onderwijs steeds gratis deelnemen aan onze Astroclub en andere activiteiten voor individuele bezoekers. Contacteer ons voor meer informatie.

 


Workshops en ander educatief materiaal

Voor leerlingen van het middelbaar onderwijs biedt MIRA volgende workshops aan:

- Optica en het bestuderen van sterlicht

- Spectroscopie en het licht van de Zon

- Klassieke mechanica: de basics

 

Het betreft workshops die tijdens een bezoek aan MIRA door de leerlingen zelfstandig of met behulp van de begeleidende leerkrachten kunnen uitgevoerd worden op basis van het bijgeleverde documentatiemateriaal. Bedoeling is dat deze informatie voorafgaand aan het bezoek aan MIRA individueel of in klasverband doorgenomen is.

 

Op aanvraag sturen wij het documentatiemateriaal via de elektronische snelweg toe.

 

MIRA werkt ook samen met ESERO, het educatief platform van de Europese ruimtevaartorganisatie ESA. ESERO biedt heel wat materiaal aan voor lager en middelbaar onderwijs. Neem zeker eens een kijkje op deze webpagina: http://eserobelgium.be/index.php/nl/onze-bibliotheek-ruimte-wetenschappen-en-technologie-hand-in-hand-op-school/.

 

In het kader van ESERO worden er ook regelmatig opleidingen voor studenten uit de lerarenopleiding georganiseerd, meer info via deze link. Ook op MIRA kunnen op aanvraag dergelijke ESERO-opleidingen gehouden worden, contacteer ons in geval van concrete interesse.

 

Andere tips in verband met workshops en STEM-activiteiten voor leerlingen middelbaar onderwijs:

  • Radiometeoren detecteren via het citizen science project Radio Meteor Zoo
  • STEM@VITO (Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek)
  •  Educatief materiaal bij het SCK (Studie Centrum voor Kernenergie)
  • STEM-pakket bij Umicore
  • ESA CanSat
  • ESA Asgard

 

Het educatief team van MIRA is ook altijd bereid om leerkrachten te begeleiden, te inspireren  of te coachen bij al dit soort activiteiten.

 

Sterrenkijken